Waarom ongehoorzaamheid in tijden van covid-19

Auteur: Manu Steens

In dit artikel geef ik mijn eigen mening, niet die van enige organisatie.

Context

Vandaag kreeg ik een mail van een collega over medereizigers op de trein:

“’t is echt erg hoe weinig mensen in station mondmasker te goei dragen terwijl ze toch dicht bij elkaar zitten op stoeltjes/bankjes. Wat een verschil met 2 weken geleden.”

Geen toeval

Op zich kan dit natuurlijk toeval zijn dat ze in een coupé zit die de uitzondering is. Maar de feestjesvierders van 20 juni te Brussel zijn geen toeval meer. Kunnen mensen wel met de herwonnen vrijheid overweg, of is er met velen iets anders aan de hand? Eerder, tijdens de lock-down waren er ook party’s waar crisismanagers en politieagenten grijs haar van kregen: de zogeheten (hoe kan het anders?) lock-down party’s. Daar gaat het om mensen die doelbewust de gangbare gedragingen negeren, en bewust risico’s lopen. Vanaf nu is wat ik ga schrijven eerder speculatief, omdat het zou onderzocht moeten worden. Het is dus slechts een vermoeden.

‘Sensatiezucht’

Naar mijn gevoel zijn de party-gangers mensen die een vorm van arousal zoeken door bewust een risico te lopen. Ze scoren daarmee hoog op de SSS: de Sensation Seeking Scale (Zuckerman). De vraag van hoe de doelgroepen van communicatie moeten opgemaakt worden is dan relevant. Is een opsplitsing volgens jeugd-jongeren-volwassenen-ouderen voldoende, of moeten we een dimensie toevoegen: sensatie zoekers en non-sensatiezoekers? De reden waarom ik dit relevant vind is in het kader van de gedachte dat niet elk besmet persoon evenveel medemensen besmet. Wellicht is er een kleine groep van superbesmetters, en deze groep van sensatiezoekers zouden wel eens daarvan deel kunnen uitmaken door hun roekeloos gedrag. De vraag is dan: wat is er geweten van deze sensatiezoekers?

Twee groepen sensatie-zoekers

Volgens Stephen Lyng, Thomas Workman en G.H. Morris in hun artikel “Edgework and Risk Communication” zijn er grofweg twee groepen sensatie zoekers. Er zijn zij die vrijwillig risicovol gedrag vertonen ondanks de gelopen risico’s, en zij die dat doen juist vanwege de te lopen risico’s. Deze laatste heten in de literatuur de ‘edgeworkers’. De eerste groep beperkt zich vaak tot passief gelopen risico’s door verkeerde voeding, ongeloof in schade van drugsgebruik, rijden zonder autogordel en onveilig sexueel gedrag. De edgeworkers daarentegen zijn van een andere soort. Ze zoeken regelrecht het risico op via bijvoorbeeld sporten of ervaringen voor het plezier waarbij ze bewust de dood riskeren, een handicap of ernstige lichamelijke of andere outcomes met een hoge tol. Voorbeelden zijn sky-diving, bergbeklimmen zonder touwen, sportvliegen, onverantwoord snel racen over de weg…

De reden waarom

De reden waarom ze dit doen? Er is meer dan een reden. Om te beginnen hebben ze het gevoel dat ze een aangeboren talent hebben om gevaren te trotseren, wat ze rekenen tot overlevingskills. Daardoor hebben ze vaak ook het idee van tot een elite te behoren. Ook geloven ze dat hun overlevingsskill niet uniek beperkt is tot hun ervaring met een bepaalde sport of ontspanning. Ze geloven dat hun talent zich uitstrekt over alle mogelijke gevaren. Het is immers een aangeboren eigenschap. Je hebt dat of je hebt dat niet. En ze zijn niet alleen: ze bevinden zich vaker in een omgeving (bijv. een sportclub) van gelijkgestemden waar dergelijk gedrag wordt aangemoedigd. Hun achterban geeft hen dus volmondig gelijk.

Bovendien hebben ze bij hun ervaring soms een “other world” ervaring, waarbij een ervaring van seconden uren lijken of omgekeerd. Of bijvoorbeeld het fenomeen van auto-racers die het idee krijgen mentale beheersing te hebben over hun voertuig, dat ze er een eenheid mee vormen. Soms schieten hen woorden tekort om de ervaring te verhalen. Soms niet. Hun doel: “controlling the seemingly uncontrollable”.

De oorzaak van het waarom

De oorzaak waarom ze dit doen? De benadering van Marx-Mead benadrukt sociale krachten die aanzetten om edgework-opportuniteiten op te zoeken. Oorzaken zijn scheidingen tussen mensen, tegenstrijdigheden en conflicten in institutioneel gebaseerde acties. Wat je zoal kunt hebben bij een lock-down en onduidelijke maatregelen. Ook in een sociale omgeving, gekenmerkt door ‘alienated’ werkzaamheden, maar ook bij klasse conflicten, oversocialisatie, zoeken mensen een grotere persoonlijke eigenheid in hun institutioneel uitgestippelde levens. Ze zoeken zaken waarbij uitdagingen als hyper-concentratie, mogelijkheden tot controle en overlevingskills op een kritieke manier bepalend zijn bij het verderzetten van hun mogelijkheid tot leven.

Dit staat in schril contrast van de plichtsmatige gedragingen van institutioneel opgedragen rollen en routines die ondoordringbaar lijken te zijn voor de creatieve mogelijkheden van het gebruikelijke, meer alledaagse sociale individu. De institutionele maar nodige maatregelen in een epidemie werken na een lange tijd bij een trage evolutie van de pandemie erg ontgoochelend in op deze mensen. De edgework-opportuniteiten geven door het beleven van de ‘rush’ terug een betovering aan de sociale wereld. Dus verdere rationaliseringen en haar ontgoochelende effecten hebben als gevolg dat deze doelgroep alternatieve ervaringen opzoeken, met alle gevolgen van dien.

Aangepaste communicatie

Een uitspraak als “hebben ze dan van de voorbije twee weken niets geleerd” heeft dan geen effect meer, want het is weer een rationalisering. Aangepaste communicatie dringt zich voor hen dan ook op. Wellicht een die werkt op het gevoel eerder dan de ratio. En als de theorie van superbesmetters klopt, dan doet deze doelgroep er toe !

Meer weten? Dit idee ontsprong bij het lezen van Stephen Lyng, Thomas Workman en G.H. Morris in hun artikel “Edgework and Risk Communication”.

Manu Steens

Manu werkt bij de Vlaamse Overheid in risicomanagement en Business Continuity Management. Op deze website deelt hij zijn eigen mening over deze en aanverwante vakgebieden.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Recent Posts